Ondernemers en particulieren kunnen sinds 1 juli ook buiten het Groningse aardbevingsgebied op één plek schades van mijnbouwactiviteiten aanmelden. De op RijksZaak gebaseerd applicatie werd in drie en een halve maand, volledig in de lockdownperiode gerealiseerd door DICTU en RVO, inclusief koppelingen met de BRP en het Kadaster.
Door Fred van der Molen
RijksZaak biedt overheidsorganisaties de mogelijkheid om zaakgegevens, proces, dossier en interactie in één systeem af te handelen. De Raad van Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) was in 2017 de eerste gebruiker van deze oplossing. Inmiddels zijn ook het Agentschap Telecom (EZK), de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (VWS), het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), de Nationaal Coördinator Groningen (NCG), het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG), de directie Warmte & Ondergrond van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) overgestapt op de standaard clouddienst.
Ook de RVO, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, koos voor RijksZaak voor de afhandeling van schades die gemeld worden bij de Commissie Mijnbouwschade. Deze commissie neemt sinds 1 juli schademeldingen in behandeling, waarvan wordt vermoed dat deze door gas- of oliewinning komen, buiten
het Groningenveld. Uitvoeringsexpert Carin van de Venne werd namens RVO verantwoordelijk voor de implementatie. Van de Venne: “De keuze voor RijksZaak was al door de directie gemaakt. Dat lag voor de hand, want RijksZaak werd al ontwikkeld voor de schademeldingen en -afhandeling in het Groningse aardbevingsgebied door Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG). We konden daardoor flinke delen van die applicatie gebruiken.”
Basiscomponenten RijksZaak
- Pega voor zaakmanagement en ontwikkeling van applicaties voor de afhandeling van zaken
- Alfresco voor document-, dossier- en archiefbeheer
- DocGen voor het genereren van documenten
- EnterpriseDB als database
- OpenShift: containerplatform als basis voor de clouddienst
De Commissie Mijnbouwschade – en dus ook het digitale schademeldingsloket – werd 1 juli operationeel. Particulieren en kleine ondernemers met schade aan gebouwen, waarvan ze vermoeden dat die het gevolg is van gas- of oliewinning of gasopslag buiten het effectgebied van het Groningenveld, kunnen ermee online schade melden. De commissie neemt alle schades in behandeling die betrekking hebben op een gas- en oliewinningsgebied waar minder dan een jaar geleden een geïnduceerde aardbeving is geweest. Van de Venne: “Later in het jaar komt daar schade door zoutwinning bij. Er is overleg of daar ook schade door geothermie (aardwarmte) en de voormalige steenkoolwinning bij kunnen komen. “
Hergebruik
Robert-Jan Snijders was namens DICTU de projectleider. “Je bouwt in RijksZaak een hele organisatiestructuur op rond de zaakgegevens, proces, dossier en interactie. Dat is in dit geval de melding van een schade door de burger of bedrijf. Die konden we in belangrijke mate kopiëren van IMG, inclusief de standaardkoppeling met DigiD. Dat is een belangrijk voordeel van zo’n dienst. Het ging om een nieuwe regeling die per 1 juli in werking trad. De opdracht van RVO was om op dat moment ook een operationeel loket te hebben om in ieder geval een schademelding aan te nemen, te registreren en een bevestiging te sturen. Die
basis was er op 1 juli. In de twee maanden daarna hebben we onder andere een aantal belangrijke koppelingen toegevoegd, zoals die met de BRP en het Kadaster (Ketenintegratie Inschrijving Kadaster, KIK). Dat maakt het loket niet alleen klantvriendelijker, maar zorgt er ook voor dat de basisgegevens van de melding kloppen.”
“Overigens is dit aanvraagtraject bij de AP (Autoriteit Persoonsgegevens) al opgenomen als service in RijksZaak, vult Ricardo Ottens aan. Hij is bij DICTU verantwoordelijk voor RijksZaak. Die mogelijkheid tot hergebruik van componenten was een belangrijk ‘selling point’ bij de introductie van Rijkszaak in 2017. DICTU lanceerde toen dit generieke cloudplatform voor de ondersteuning van primaire processen van rijksoverheidsorganisaties. Ottens: “Dat hergebruik zie je in de praktijk
bij elke implementatie. Het aantal bouwstenen in de bibliotheek breidt steeds verder uit.” Snijders: “Er ligt nu een goed format voor de ondersteuning van een regeling, maar inmiddels hebben we ook al standaard bouwstenen voor een bezwaar- en beroepsprocedure.”
Voordelen RijksZaak
- Veilig: voldoet aan eisen Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) en Baseline Informatiebeveiliging Rijksdienst (BIR)
- Snel: in korte tijd geïmplementeerd
- Gestandaardiseerde oplossing
- Vaste prijs per gebruiker
- Clouddienst: schaalbaar en stabiel
- Online en offline beschikbaar op alle devices
Corona
Bij eerdere trajecten werkte het ontwikkelteam van DICTU grotendeels op locatie. Dat was door corona niet mogelijk. Van de Venne: “We hebben elkaar nooit in het echt gezien. Dat is prima verlopen. Maar in bepaalde fasen, zoals bij het testen, had ik het team liever fysiek bij elkaar gehad. Dan loop je toch makkelijker even naar elkaar voor overleg.” Snijders: “Het heeft goed gewerkt, omdat we elkaar goed begrepen. Je moet van elkaar aannemen welke functionaliteit er wel per se direct in
moet, maar ook wat niet haalbaar is in een eerste release.” Het systeem voldoet volgens Van de Venne aan de verwachtingen. Af en toe stuitte ze op de beperkingen van zo’n generieke oplossing, maar dat betrof geen wezenlijke zaken: “Wij hechten veel belang aan begrijpelijk taalgebruik. We hadden daarom soms een andere tekst op een bepaalde knop gewild. Dat kan dan niet. Dat soort dingetjes.” Projectleider Snijders kijkt tevreden terug: “Zowel de eerste als tweede release zijn binnen
de deadlines en met een marginale budgetoverschrijding gerealiseerd. Dat kan je niet voor alle overheidsprojecten zeggen. En je kunt inderdaad constateren dat je dit soort projecten geheel op afstand van elkaar kunt uitvoeren. Maar je mist wel wat. Zelfs een afscheidsborrel ontbreekt.”
Klik hier voor meer informatie of neem contact op met Robert-Jan Snijders.